Skopje is de hoofdstad en grootste stad van Noord-Macedonië en het politieke, culturele, economische en academische centrum van het land. Scupi wordt voor het eerst in de tweede eeuw na Christus vermeld als een stad in het Romeinse Dardania. Toen het Romeinse rijk in 395 na Christus in oostelijke en westelijke helften werd verdeeld, kwam Scupi vanuit Constantinopel onder Byzantijnse heerschappij. Vanaf 1282 maakte de stad deel uit van het Servische rijk en fungeerde van 1346 tot 1371 als hoofdstad. In 1392 werd Skopje veroverd door de Ottomaanse Turken, die het Üsküb noemden. De stad bleef meer dan 500 jaar onder Ottomaanse controle.

Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de stad zich snel, maar deze werd in 1963 onderbroken toen zij werd getroffen door een rampzalige aardbeving, die 80 procent van de stad verwoestte. Hoewel Skopje door de geschiedenis heen vele malen verwoest is, heeft het nog steeds veel historische monumenten die de opeenvolgende bezettingen van de stad weerspiegelen. Skopje heeft enkele overblijfselen van prehistorische architectuur en heeft een van de grootste Ottomaanse stedelijke complexen van Europa. Het fort van Skopje werd verschillende keren herbouwd voordat het werd verwoest door de aardbeving van 1963.